Evenementtoezicht

Veilig sportklimaat

Als sportvereniging willen wij voor alle leden een veilige en prettige omgeving creëren. Wij willen een vereniging zijn waarbij mensen zich thuisvoelen en waarin sporters kunnen groeien en bloeien. Het voorkomen van ongewenst gedrag en voorbereid zijn om adequaat om te gaan met de gevolgen, wanneer ongewenst gedrag toch plaatsvindt.

Als vereniging hebben wij een beleidsplan voor een veilig sportklimaat geschreven. Het beleidsplan omvat onder andere gedragsregels en het aanstellingsbeleid van vrijwilligers. 

Beleidsplan

Dit beleidsplan richt zich zowel op ouders van leden, leden als begeleiders in de sport, zoals trainers, hulptrainers en andere vrijwilligers die bij onze vereniging betrokken zijn. Heb je naar aanleiding van dit beleidsplan nog vragen of zelf iets meegemaakt? Aarzel dan niet en neem gerust contact met ons op!

Het beleidsplan omvat de navolgende onderdelen:

  1. Intentieverklaring van het bestuur
  2. Omgangsregels, leden, begeleiders en andere vrijwilligers
  3. Gedragsregels voor begeleiders in de sport
  4. Aanstellingsbeleid vrijwilligers
  5. Vertrouwenspersoon
logo Reddingsbrigade Lemmer

Vertrouwenspersoon

Met het uitdragen van omgangsregels en gedragsregels wil Reddingsbrigade Lemmer onaangenaam en ongewenst gedrag, zoals pesten, intimidatie, discriminatie en agressie voorkomen. Reddingsbrigade Lemmer heeft twee vertrouwenspersonen om ervoor te zorgen dat iedereen op alle fronten sportief met elkaar blijft omgaan.

Wil je contact met  een van de twee vertrouwenspersonen opnemen? Onder aan deze pagina vindt je de contactgegevens.

 Vertrouwenspersoon

Soms gebeuren er zaken waar je als lid niet graag over praat met anderen. Of zaken die erg gevoelig liggen. Er zijn verschillende manieren om daarmee om te gaan. De meest directe weg is om een voorval van ongewenste omgangsvormen te bespreken met de dader. Dit is soms te confronterend. Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn om het met de instructeur of met een bestuurslid te bespreken. Zodat je geen directe confrontatie met de dader hoeft aan te gaan. Wanneer deze stap te groot is, kun je contact opnemen met een van de twee vertrouwenspersonen van Reddingsbrigade Lemmer.

Wat doet de vertrouwenspersoon?

De vertrouwenspersoon kan daarnaast een helpende hand bieden in het naleven van het veilig sportklimaat. De vertrouwenspersoon dient in eerste instantie als klankbord, waarbij klachten en/of problemen onafhankelijk en op vertrouwelijke wijze worden besproken. Voor alle vormen van ongewenst gedrag of andere problemen kun je dus contact opnemen met de vertrouwenspersoon.

Alle betrokkenen bij de club, zoals leden, ouders, trainers, coaches en vrijwilligers met vragen, die twijfels hebben of signalen opvangen over zaken die met ongewenst (intimiderend) gedrag te maken hebben, kunnen contact opnemen met een van de twee vertrouwenspersonen.

Het is belangrijk dat je zowel als vrijwilliger en als lid terecht kunt bij een vertrouwenspersoon. Dit zowel bij de vertrouwenspersoon binnen als buiten de vereniging. Voor Reddingsbrigade Lemmer zijn twee vertrouwenspersonen actief. Dit is zowel één man als één vrouw.

Contact opnemen met de vertrouwenspersoon:

Wil je contact opnemen met een van onze vertrouwenspersonen? Het bestuur heeft Bert Schotanus bereid gevonden om de rol van vertrouwenspersoon voor Reddingsbrigade Lemmer op zich te nemen. Bert is lid van Reddingsbrigade Lemmer en wekelijks in het zwembad te vinden. Wil je contact opnemen met Bert? Stuur dan een e-mail naar vertrouwenspersoon@rblemmer.nl of neem telefonisch contact op via 06 51391918.

Het bestuur heeft ook een externe vertrouwenspersoon aangesteld. Deze persoon is geen lid is van Reddingsbrigade Lemmer. Wil je contact opnemen? Dan kan dat door een e-mail te sturen naar vertrouwenspersoonextern@rblemmer.nl

Onze twee vertrouwenspersonen werken zelfstandig en onafhankelijk van het bestuur. Zij koppelen alleen (anoniem) meldingen terug aan het bestuur. Dit doen zij zonder in te gaan op de inhoud. Zo kun je dus vertrouwd je verhaal kwijt. 

Intentieverklaring

Als bestuur spannen wij ons in om elke vorm van ongewenst gedrag binnen de vereniging te voorkomen. Het bestuur wil ongewenst gedrag bespreekbaar maken en daarnaast alle betrokkenen binnen de vereniging goed informeren over het beleid ten aanzien van een veilig sportklimaat. Dit om de risico’s op ongewenst gedrag zo klein mogelijk te maken en eventuele incidenten op een adequate wijze afhandelen. Het bestuur van Reddingsbrigade Lemmer beschouwt het dan ook als haar verantwoordelijkheid om:

1. Zich in te spannen om ongewenst gedrag binnen de vereniging te Hierbij zal specifieke aandacht worden besteed aan minderjarigen als extra kwetsbare risicogroep. Tot deze inspanningen behoort in ieder geval het opnemen van het thema (seksuele) intimidatie in het beleid van Reddingsbrigade Lemmer met daarin vastgesteld:

    • Omgangsregels leden, begeleiders en andere vrijwilligers;
    • Gedragsregels voor begeleiders in de sport;
    • Aanstellingsbeleid vrijwilligers;
    • Vertrouwenspersoon;
    • Zorgvuldige communicatie naar leden en vrijwilligers.

2. Ervoor te zorgen dat genoemde voorzorgsmaatregelen toepassing krijgen in de praktijk.

3. Waar mogelijk en zinvol actief gebruik te maken van de methoden en materialen die door NOC*NSF en Reddingsbrigade Nederland worden uitgereikt.

Omgangsregels

Reddingsbrigade Lemmer wil een sociaal en veilige vereniging zijn, waarin iedereen zich prettig voelt. Hiervoor hebben wij een aantal omgangsregels geformuleerd welke wij hanteren voor zowel onze leden, vrijwilligers als begeleiders in het algemeen. 

1. Ik accepteer en respecteer een ander, zoals hij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de sportvereniging.

2. Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.

3. Ik val de ander niet onnodig lastig.

4. Ik accepteer en respecteer een ander, zoals hij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de sportvereniging.

5. Ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.

6. Ik val de ander niet onnodig lastig.

7. Ik berokken de ander geen (althans: niet opzettelijk) schade.

8. Ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie.

9. Ik scheld niet en daarnaast maak ik geen gemene grappen of opmerkingen over anderen.

10. Ik negeer de ander niet.

11. Ik doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen.

12. Ik vecht niet, ik gebruik geen geweld, ik bedreig de ander niet. Ook neem ik geen wapens mee.

13. Ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak daarnaast de ander niet tegen zijn of haar wil aan.

14. Ik geef de ander geen ongewenste seksueel getinte aandacht.

15. Ik stel geen ongepaste vragen en maak daarnaast geen ongewenste opmerkingen over iemands persoonlijke leven of uiterlijk.

16. Als iemand mij hindert of lastigvalt, dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt, dan vraag ik een ander om hulp.

17. Ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek daarnaast degene die zich daar niet aan houdt op aan. Wanneer het nodig is meld ik dit bij het bestuur, trainer of de vertrouwenspersoon

'Samen zorgen wij voor vereniging waar iedereen zich thuisvoelt!'
Zwemmen in Lemmer
Erwin Krijger
Voorzitter

Gedragsregels

In de sport is de relatie tussen de trainer, instructeurs, coach en de sporter erg belangrijk. De Gedragsregels begeleiders in de sport zijn gericht op trainers, instructeurs, coaches, begeleiders en bestuursleden. Deze worden verder in de tekst begeleider genoemd. De gedragsregels geven aan waar de grenzen liggen in het contact tussen begeleider en sporters. De gedragsregels vormen – aangevuld met de omgangsregels – een richtlijn voor de omgang tussen sporters en begeleiders. Deze gedragsregels zijn de gedragsregels, zoals die door de NOC*NSF, worden gehanteerd.

Gedragsregels vanuit NOC*NSF:
  1. De begeleider zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig kan voelen.
  2. Een begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan nodig is in het kader van de sportbeoefening.
  3. Een begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter.
  4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot achttien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
  5. De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
  6. Een begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten via welk communicatiemiddel dan ook.
  7. Een begeleider zal tijdens training (stages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer.
  8. De begeleider is nooit aanwezig in de kleedkamer van het andere geslacht.
  9. Een begeleider is nooit alleen aanwezig in de kleedkamer van hetzelfde geslacht. Er zijn altijd twee begeleiders aanwezig in de kleedkamer, wanneer een begeleider de kleedkamer van hetzelfde geslacht betreed.
  10. De trainer heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekent of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
  11. Een begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan. 
  12. De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien de begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragsregels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen.
  13. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.

Alle begeleiders worden geacht op de hoogte te zijn van de gedragsregels voor een veilig sportklimaat. Zij zullen hierover actief worden geïnformeerd door zowel het bestuur als haar commissies.

Aanstellingsbeleid vrijwilligers

Vrijwilligers maken Reddingsbrigade Lemmer. Samen moeten zij zorg dragen voor een veilig sportklimaat.

Kennismakingsgesprek

Met kandidaat begeleiders wordt door een bestuurs- of commissielid een gesprek ter kennismaking gevoerd. Daarin dient ten minste aan de orde te komen de motivatie van de begeleider om met minderjarigen te willen werken en de werkervaring en referenties bij vorige organisaties. Alsmede het beleid van Reddingsbrigade Lemmer met betrekking tot ongewenst gedrag. Na het gesprek kunnen indien gewenst referenties worden gecheckt. Dit alles om te laten zien dat de club de inzet van vrijwilligers serieus neemt

VOG

De nieuwe vrijwilliger vraagt een VOG aan in overleg met een lid van de Technische Commissie. Een Verklaring Omtrent Gedrag is een verklaring, waarbij het Ministerie van Justitie controleert of de aanvrager strafbare feiten heeft gepleegd die een risico vormen voor de functie waarvoor de verklaring wordt aangevraagd. Zo zal iemand die ooit veroordeeld is voor ontucht met minderjarigen geen verklaring krijgen voor de begeleider van een jeugdteam. Het feit dat iemand zo’n verklaring kan overleggen betekent overigens niet dat iemand nooit met Justitie in aanraking is geweest. Een VOG is een goede mogelijkheid om meer zekerheid te verkrijgen over het verleden van een nieuwe begeleider.

Het bestuur realiseert zich dat het instellen van een beleid waarvan een VOG onderdeel uitmaakt, omvangrijk is en ingrijpend. Toch wil het bestuur hiermee aangeven dat zij het onderwerp ongewenst gedrag serieus neemt. Reddingsbrigade Lemmer vraagt voor de vrijwilligers en begeleiders, die in aanraking komen met minderjarige leden, de VOG aan bij het ministerie van Veiligheid en Justitie. De begeleider ontvangt een e-mailbericht om de aanvraag af te ronden. Aan de aanvraag zijn geen kosten verbonden.

De VOG dient elke vijf jaar opnieuw te worden aangevraagd. Deze verklaring wordt aangevraagd zodra de vrijwilliger zich bij de vereniging aanmeldt als vrijwilliger. Kan er geen verklaring worden overlegd, dan kan de begeleiders- of vrijwilligerstaak niet uitgeoefend worden.

Verstrekken van informatie

De vrijwilliger ontvangt het document Beleidsplan een veilig sportklimaat bij Reddingsbrigade Lemmer als pdf via de mail. Ook een vrijwilliger die bijvoorbeeld meehelpt op een jeugdkamp of evenement van de eigen vereniging dient in het bezit te zijn van een VOG en eveneens op de hoogte te zijn van het Beleidsplan een veilig sportklimaat bij de reddingsbrigade.